Veel gestelde vragen
- Hoe lever ik mijn urine in voor onderzoek?
Als u pijn hebt bij het plassen of heel vaak moet plassen, dan is het verstandig om uw urine te laten onderzoeken. Voor deze urine vangt u, na de wassen, urine op uit het middengedeelte van de plas. Het urinemonster kunt u inleveren bij de baliemedewerkster vóór 10.00 uur ’s morgens. U bewaart uw urinemonster in een potje, dat u kunt kopen bij de apotheek of drogist. Zet duidelijk uw naam en geboortedatum op het urinemonster. Bewaar het urinemonster tot de tijd dat u het aflevert in de koelkast. Vult u alstublieft het formulier voor urine inleveren helemaal in. - Kan de huisarts een verklaring schrijven?
De huisarts kan niet zomaar een verklaring schrijven, ook al wordt dit soms door verzekeraars/ scholen/ instellingen gevraagd. Voor meer uitleg hierover leest u het document van het KNMG hier. - Prikt de huisarts bloed op verzoek van een alternatieve arts?
Het komt steeds meer voor de alternatieve artsen de patiënt aanraden bloed te laten prikken via de huisarts. Wij gaan er echter vanuit dat eenieder die iets aanvraagt zelf zijn beleid moet maken naar aanleiding van de uitslagen. Iemand die iets wil aanvragen moet dit dus zelf doen. De huisarts vraagt niet zomaar bloeduitslagen aan. Ook omdat dit vaak stoffen zijn waarvan de arts de uitslag niet kan interpreteren. - Kan ik zomaar een andere huisarts zoeken?
Indien u geen vertrouwen hebt in uw eigen huisarts verdient het aanbeveling dit met de huisarts te communiceren. Vaak zal het een misverstand betreffen, soms blijkt dat de huisarts en u niet bij elkaar passen. U kunt dan een andere huisarts zoeken. Wel hebben wij met de huisartsen in Lochem de afspraak dat huisarts en patiënt eerst een gesprek hebben met elkaar. Wij verwachten dat iemand, die van een andere huisarts bij ons ingeschreven wil worden, dit gesprek ook met zijn oude huisarts heeft gehad. - Een klacht? Bespreek uw onvrede met uw huisarts
Wanneer u ontevreden bent, stellen we het op prijs dat u dit met ons bespreekt. Wanneer wij op de hoogte zijn van uw onvrede, dan kunnen wij proberen het voor u op te lossen. Is dit lastig voor u of komt u er met ons niet uit, dan kunt u uw klacht bespreken met een onafhankelijke en onpartijdige klachtenfunctionaris. De klachtenfunctionaris zoekt samen met u naar een oplossing van uw klacht of probleem. De klachtenfunctionaris kan proberen de klacht te bemiddelen. De klachtenfunctionaris kiest geen partij en heeft daarom geen oordeel. Alles wat u de klachtenfunctionaris vertelt, is vertrouwelijk. U kunt het klachtenformulier gebruiken op de website van SKGE. De klachtenfunctionaris is eventueel te bereiken op telefoonnummer 088 0229190.
Als u er met uw huisarts en met bemiddeling door de klachtenfunctionaris niet uit komt, kunt u een uitspraak over uw klacht vragen bij de geschilleninstantie huisartsenzorg. Deze onafhankelijke commissie bestaat uit een voorzitter (jurist) en uit leden namens de patiënten en uit leden namens de huisartsen. De commissie wordt bijgestaan door een ambtelijk secretaris die ook jurist is.
Het oordeel van de geschilleninstantie is bindend. Meer informatie kunt u in de folder vinden in de wachtkamer en op www.skge.nl.
U kunt eventueel hier een folder downloaden. Hoe maak ik mijn wensen over mijn levenseinde kenbaar?
Wij krijgen vaak vragen over euthanasie. Graag vertellen wij hier wat meer over onze werkwijze.
De artsen zullen, indien er een actuele euthanasiewens is, u hierin bijstaan, mits binnen de marges van de wet. Euthanasie is strafbaar tot een arts achteraf is vrijgesproken. De wet vraagt om een vrijwillig, weloverwogen verzoek van een wilsbekwame patiënt bij een situatie van uitzichtloos, invoelbaar en onbehandelbaar lijden, waarin een tweede arts is geraadpleegd. In de praktijk wordt het verzoek pas actueel als er een onbehandelbare situatie is ontstaan. Veel mensen vinden het prettig op tijd een euthanasieverklaring getekend en besproken te hebben. Van ons hoeft deze niet elk jaar bekrachtigd te worden. De wet vraagt om een vrijwillig en weloverwogen verzoek. Mocht een situatie in beeld komen waarin euthanasie gewenst is, dan is het raadzaam hier op tijd over in gesprek te gaan met uw arts. Gedurende deze gesprekken zal het weloverwogen en persisterende karakter naar voren komen. Zo’n gesprek aangaan als u geen enkele aandoening, ziekte of wens tot euthanasie hebt of wanneer er niets speelt, heeft eigenlijk weinig zin. Wel mag u uiteraard kenbaar maken dat u een euthanasieverklaring hebt. Wilt u deze dan aan de assistente geven?
Wel hebben wij moeite met euthanasie bij dementie. Deze vraag krijgen wij vaak. Mensen willen niet graag ‘wegkwijnen in het verpleeghuis’. De vraag is echter of iemand met een vergevorderde dementie echt hieraan lijdt. Tevens kun je je afvragen of deze persoon zelf vrijwillig, weloverwogen en wilsbekwaam het euthanasieverzoek kan doen. Mocht u euthanasie willen in verband met een toenemende dementie verdient het aanbeveling hierover in gesprek te gaan als u nog wilsbekwaam bent! Hierna kan dit niet meer!
Ook een euthanasieverzoek bij voltooid leven is voor ons niet altijd mogelijk. Mocht dit spelen stellen wij ook tijdig kenbaar maken van dit verzoek op prijs.
Veel belangrijker dan een euthanasieverklaring vinden wij een niet behandelverklaring. Het kan zijn dat u in een situatie belandt waarin u niet meer kunt aangeven wat u wilt. Euthanasie is dan niet meer mogelijk. Maar eventueel het niet-starten van behandelen, niet opnemen of het staken van behandelen kan dan een optie zijn (bijvoorbeeld bij een fors herseninfarct). Het gaat dan vaak om kwaliteit van leven (of kwaliteit van sterven) en niet meer onnodige levensverlenging. Belangrijk is dan om de omgeving (kinderen en/of partner) hiervan op de hoogte te stellen, aangezien zij de beslissingen voor u moeten nemen als u uw wens niet meer kenbaar kan maken.
Voor meer informatie hierover kijk op thuisarts.nl. Een wilsverklaring “beschermt” niet alleen tegen nutteloos en niet zelden leed toevoegend medisch handelen. Misschien nog belangrijker is dat ze werkt als gangmaker van het proces van reflectie op en acceptatie van het naderende levenseinde.
Wij hopen u hiermee iets duidelijkheid te hebben gegeven in hoe wij in bovenstaande situaties staan.Wat moet ik weten als ik een spiraaltje wil laten plaatsen?
De plaatsing van het spiraaltje kan alleen na afspraak met de huisarts (nieuw) of assistente (wisseling van spiraal). Wilt u een afspraak maken op het moment van de te verwachten menstruatie? De baarmoedermond staat dan wat meer open, en daarnaast is een zwangerschap dan ook uitgesloten. 1 uur voor de plaatsing neemt u een ibuprofen 600 mg in (tenzij u overgevoelig bent voor ibuprofen). De plaatsing is dan wat minder gevoelig en de baarmoedermond kan wat ontspannen. Neemt u voor de zekerheid een maandverbandje of tampon mee.
Bij een Mirena spiraal kunt u de eerste maanden nog wat onregelmatig bloedverlies hebben. Na 3 maanden wordt dit meestal minder. U kunt na 6 weken zelf controleren of de spiraal nog aanwezig is door vaginaal te voelen: voelt u geen staafje, en wel draadjes (een soort vliegertouw) dan zit het Mirena spiraal nog goed. Voelt u wel een staafje en/of geen draadjes, maak dan even een afspraak.
Mocht u risico hebben op een seksueel overdraagbare aandoening, dan is het raadzaam een SOA test van tevoren uit te voeren.